Cagliero11 2009 n.2 vls

Beste Medebroeders,


Hoe kunnen wij helpen bij het aanwakkeren van de missie ijver [het missievuur?] ? Vooral door een edelmoedig beantwoorden van de oproep van de AO voor de 140ste Zending van Missionarissen in september 2009 binnen de context van de 150ste verjaardag van onze congregatie. Want tot op 31 januari hebben slechts 23 kandidaten bevestigd!


De AO heeft ons eraan herinnerd dat missionering een antwoord is op Gods reddende liefde. Het is die liefde die ons aanzet tot missioneren, in het bijzonder buiten onze landsgrenzen (ad extra) aan de uiteinden van de wereld (ad gentes) voor heel ons leven (ad vitam).


Het feest van onze eerste martelaren Louis Versiglia en Callixtus Caravario op 25 februari a.s. kan een gunstige gelegenheid zijn om opnieuw bewust te worden van de uitnodiging om ons aan te bieden voor de missie ad extra, ad gentes en ad vitam!


Don Václav Klement, SDB

Raadslid voor de Missies


………………….


Tekst van de AO


1. Het mensdom heeft nood aan bevrijding

Bij deze gelegenheid voel ik me verplicht de Boodschap van de heilige Vader voor Wereld Missiedag te hernemen, omdat die bijzonder veel inzicht en voorstellen biedt: “De missioneringopdracht blijft een absolute prioriteit voor alle gedoopten, geroepen als ze zijn om “dienaren en apostelen van Christus Jezus te zijn” bij het begin van het millennium. Mijn vereerde voorganger, de Dienaar Gods Paulus VI, heeft in zijn Apostolische Exhortatie ‘Evangelii Nuntiani’ reeds gezegd dat “het Evangelie verkondigen in feite de genade en de roeping is, die eigen is aan de Kerk, haar diepste identiteit” (nr. 14).

… De heilige Paulus had goed begrepen dat het mensdom alleen in Christus verlossing en hoop kan vinden. Daarom waarschuwde hij hoe dringend en urgent de zending is “de belofte van leven in Christus Jezus te verkondigen” (Tim 1,1), zodat alle volken kunnen deel hebben aan dezelfde erfenis van de belofte, door middel van het evangelie (cf. Ef. 3,6). Hij besefte dat zonder Christus het mensdom “zonder hoop is en zonder God in de wereld (Ef 2,12) – zonder hoop want zonder God” (Spe salvi, 3). Inderdaad, “wie God niet kent, ook al heeft hij veel hoop, is in de grond zonder hoop, zonder de grote hoop die de basis is van alle leven (Ef. 2,12)” (Spe salvi, 27).


2. Missie is een kwestie van liefde [in de missionering gaat het om de liefde]


Het is dus een dringende plicht voor iedereen om Christus en zijn heilsboodschap te verkondigen. “Wee mij”, zei de heilige Paulus, “als ik het evangelie niet verkondig!” (1 Kor. 9,16). Op de weg naar Damascus had hij reeds ervaren en begrepen dat verlossing en missie het werk zijn van God en van Zijn liefde. De liefde tot Christus leidde hem langs de wegen van het Romeinse Rijk als heraut, apostel, vlaggendrager, leraar van het evangelie, en iemand die zichzelf graag “een gezant in boeien” noemde (Ef. 6,20). De liefde tot God maakte hem tot “alles voor allen” om er tot elke prijs enkelen te redden (1 Kor. 9,22). Wanneer we letten op Paulus’ ervaring kunnen we begrijpen dat missie activiteit een antwoord is op de liefde waarmee God ons bemint. Zijn liefde redt ons en dwingt ons tot missionering ad gentes; het is de spirituele energie die in staat is om de menselijke familie te doen groeien in harmonie, rechtvaardigheid, verbondenheid onder de volkeren, rassen en naties, waarnaar iedereen verlangt (cf. Enc. Deus caritas est, 12). Daarom is het God, de God die liefde is, die de Kerk leidt naar de grenzen van het mensdom en die evangelieverkondigers oproept om te drinken aan die eerste en originele bron die Jezus Christus is, uit wiens doorboorde hart Gods liefde vloeit” (Deus caritas est, 7). Slechts uit die bron kunnen wij putten voor aandacht, tederheid, medelijden, aanvaarding, betrokkenheid bij de problemen van de mensen, en andere deugden die de boodschappers van het evangelie nodig hebben om alles te verlaten en zich volledig en onvoorwaardelijk te wijden aan het verspreiden van de goede geur van Christus’ liefde over de hele wereld.


3. Blijvend het evangelie verkondigen


Terwijl de eerste evangelisatie dringend en heel belangrijk is voor niet weinige regio’s in de wereld, worden veel bisdommen en Instituten van Godgewijd Leven getroffen door een tekort aan geestelijken en roepingen. Het is belangrijk erop te insisteren dat, alhoewel geconfronteerd met groter moeilijkheden, Christus’ opdracht om alle volkeren te evangeliseren een prioriteit blijft. Geen enkele reden kan rechtvaardigen dat wij in dat opzicht afremmen of pauzeren, vermits “de opdracht om aan alle mensen het evangelie te verkondigen het leven en de essentiële zending uitmaakt van de Kerk” (Evangelii nuntiandi, 14).


4. Wee mij als ik het evangelie niet verkondig (1 Kor. 9,16)


Beste broers en zussen, “duc in altum”! Laten we, Christus’ uitnodiging opvolgend, uitvaren op de wereldzee en zonder vrees onze netten uitwerpen, vol vertrouwen in zijn blijvende assistentie.


Don Pascual Chávez Villanueva

Homilie bij de 139ste Salesiaanse Missionaire Zending

Basiliek van Maria Hulp der Christenen – 28 september 2008